woensdag 15 oktober 2008

world blog action day 2008 poverty





Erremoei



Mijn lagere school was gevestigd op een bijzondere locatie. Op de grens van twee wijken: Het Haagje, de naam zegt het al, en de Herrenberg, de naam zegt het al.

De grens liep ook door de klas, ongeveer de helft van de groep kwam uit de 1e, 2e of 3e Haagstraat en die jongens konden toch allemaal niet zo goed lezen, rekenen en leren. De andere helft kwam van de Herrenberg, overbodig te zeggen dat de kinderen van de mensen die zich bovenal verheven voelden niet bij ons op school zaten maar bij de paters Capucijnen, in de stad.

Eén van de onderwijzers vond dat op school je nagels schoon moesten zijn. Met een meetlat deed hij de ronde, ieder moest zijn handen op de bank leggen. Enkele jongens uit het haagje kregen een pets. Ik begreep het eigenlijk niet, je kon je nagels toch wel schoonmaken?

Ook herinner ik mij dat er jongens klaagden dat ze 's morgens niet gegeten hadden. Was je dan niet op tijd opgestaan? Had je je verslapen? Heel erg domme vragen.

Er was gewoon niks... Erremoei.

Armoe was dichtbij.

Joep, een neef van mij uit Holland, wilde De Peel eens zien. Dat wist ik wel, hij op de fiets van mijn vader en fietsen maar. Het was heet en benauwd en daar stonden we dan midden in de Grote Peel, in een verzengende zon, we waren uitgedroogd. Dan maar de stoute schoenen aan en ergens aanbellen om water te vragen.

Maar het huisje had geen bel... zou er hier wel iemand kunnen wonen? Ja hoor, het vrouwtje hoorde ons rond haar huis scharrelen en deed open. Ja hoor, een slok water kon wel. Wat een troep en vooral wat een stank. Of je in een varkensstal rondliep. Maar het was een huisje. Er woonde hier echt iemand. Achter een deur stonden twee emmers water, er dreven vliegen en muggen op... we kregen één glas. 'Ga je gang' zie de vrouw vriendelijk. We moesten wel wat overwinnen. We schepten maar diep. Ik nam echt maar één slok. Verder hebben we haar ontzettend bedankt, vooral toen ze vroeg of we ook nog iets wilden eten.

Erremoei was heel dichtbij.

Op school werd ingezameld voor de arme negertjes, dat zag ik niet zo zitten. Hoe krijg je een fles melk (gepasteuriseerd, dat dan weer wel) bij de zwartjes? En kleding vertrouwde ik al helemaal niet. Mijn opa werd rijk van de opkoop van dat soort 'zeilende goederen.' Hij wist zeker, en ik dus ook, dat die kleding in de lompenhandel terechtkwam. Wat moesten ze daar waar de zon altijd scheen trouwens met warme kleren?

Armoe was ver weg.

Inmiddels is de wereld kleiner geworden en plat.

Heel erg klein en heel erg plat: een hoogleraar legt uit dat tengevolge van de kredietcrisis gepensioneerden met een pensioen van een paar duizend euro per maand volgend jaar misschien wel dertig euro minder krijgen door de kredietcrisis... Een ramp! Het valt misschien wel mee als de prijzen niet zo snel stijgen...


Armoe is nog nooit zo dichtbij geweest.






Geen opmerkingen: